Fantastic Four

Wanneer gebruik je de Fantastic Four-methode?

Wil je dat de groep zo creatief mogelijk gaat worden? Ben je niet bang dat het zomaar een idiote, vreemde of incorrecte kant op kan gaan? Dan is hier de Fantastic Four.

Fantastic Four gebruik je tijdens de brainstormfase van een sessie, het verzinnen van ideeën.

Hoe zet je de Fantastic Four in?

Bij de Fantastic Four gebruik je een speciaal canvas en de Brain Fuel-kaarten.

1. Pak een karakterkaart, objectkaart, locatiekaart en dierenkaart. Het is verstandig dat het vier zaken zijn die zo ver mogelijk uit elkaar liggen. Stel je trekt de kaarten: een rollator, een speeltuin, een hond en Poetin.

2. Vraag iedereen om drie bijvoeglijke naamwoorden per kaart te bedenken (check of iedereen nog weet wat bijvoeglijke naamwoorden ook alweer zijn). Ook deze moeten weer ver uit elkaar liggen. Bij de hond bedenken ze bijvoorbeeld loyaal, speels en harig. En bij de rollator kom je met langzaam, ondersteunend en rijdend. Et cetera en enzovoort.

3. Laat de teams daarna per kaart de meest aansprekende bijvoeglijke naamwoorden omcirkelen en gebruik deze om oplossingen met dit bijvoeglijk naamwoord te bedenken. Bijvoorbeeld: speelse, rijdende, kleurrijke en gestoorde.

4. Daarna mogen deelnemers oplossingen bedenken. Speelse oplossingen. Rijdende oplossingen. Kleurrijke oplossingen. En gestoorde oplossingen.

Canvas